Naam | : | Leidsche Dam- en Schaakvereeniging |
Plaats | : | Leiden (ZH) |
Opgericht | : | 00.05.1891 |
Opheffing | : | onbekend |
Eerste vermelding | : | 28.05.1891 |
Laatste vermelding | : | 26.10.1891 |
Type vereniging | : | Dammen/Schaken |
Bronnen: | ||
Kranten | : | 1891 |
Anders | : | - |
Opmerking | : | Geen nadere informatie gevonden |
Genoemd in ‘Het Nederlandse Schaakverenigingsleven in de 19de eeuw’ door Dr. M. Niemeyer[1], maar er bestond twijfel over de juistheid van oprichting. Het Leidsch Dagblad onthuld:
Leidsch Dagblad 28.05.1891
Hier ter stede is opgericht eene vereeniging tot het aanleeren, beoefenen en bevorderen van het dam- en schaakspel. Ook zij, die niets van deze kunst verstaan, kunnen zich bij de vereeniging aansluiten; van meet af kunnen zij de spelen aanleeren, onder het toezicht van meergeoefenden en meesters. De contributie voor het lidmaatschap kan gering genoemd worden. Eene advertentie in dit blad geeft aan, bij wien belangstellenden zich kunnen vervoegen voor inlichtingen.
Leidsch Dagblad 28.05.1891DE LEIDSCHE Dam- en Schaakvereeniging. |
|
Bovenstaande Vereeniging, welke zich ten doel stelt het Dammen en Schaken aan te leeren en te bevorderen, noodigt Heeren liefhebbers uit, zich te vervoegen bij |
|
den President W.A. Oudshoorn Botermarkt 13. |
In de schaakrubriek in het Leidsch Dagblad van 20.07; 27.07; 17.08; 31.08; 05.10; 12.10 en 26.10.1891 komen we problemen en oplossingen van leden, W.A. Oudshoorn en J. Fles Jr., van deze club tegen. Na oktober 1891 valt de berichtgeving in de schaakrubriek stil.


Leidsch Dagblad 28.05.1891
[1] | Tijdschrift van den Koninklijken Nederlandschen Schaakbond, 1939 |